Featured
Table of Contents
Het verschil in beginwaarde en eindwaarde noemt men de verdampingswarmte. Voor het condensatieproces van een koudemiddel kunnen we onderstaande grafiek maken. Startpunt D: Heetgastemperatuur aan de ingang van de condensor D-C: afkoelen van de heetgastemperatuur (oververhit gas) tot aan de condensatie temperatuur. C-B: condensatie traject (latente warmte) warmte afvoer - tandt radiologie. B-A: het nakoeling traject verdere verlaging van de vloeistoftemperatuur A: Vloeistof temperatuur aan het begin van het expansie ventiel Het temperatuurniveau van het verdampingsproces voor een warmtepomp (of koelkast) wordt vooraf bepaald
Na deze selectie is de verdampings en condensatiedruk bekend. De compressor en het expansieventiel zorgen steeds voor het wijzigen van de druk; De compressor verhoogt de druk, het expansieventiel verlaagt de druk. De relatie tussen druk en temperatuur is in het voorgaande duidelijk geworden - cabinet de radiologie de la dodaine. Vanwege deze relatie zijn drukmeters in de koeltechniek voorzien van 2 schaalaanduidingen namelijk een drukschaal en een temperatuurschaal
Men hoeft dan niet voor elk koudemiddeltype een andere drukmeter te gebruiken of steeds te rekenen. Elk type koudemiddel kent, zoals je in het voorgaande hebt kunnen lezen, een unieke eigenschap waarin de relatie tussen druk en temperatuur zit. Als het betreffende koudemiddel niet op de schaalverdeling van de drukmeter staat gebruikte men altijd een 'koudemiddel schuif' ookwel koudemiddel lineaal genoemd.
Alle gangbare type koudemiddel zijn in deze app te selecteren. Nu we geïnformeerd zijn over het verdampen, comprimeren, condenseren en expanderen in de koelkring gaan we deze 2 hoofdonderdelen nader bekijken (radiologie merelbeke hundelgemsesteenweg). Voorheen waren de meeste compresoren van het type met een 'zuiger' tegenwoordig treft men in de warmtepomp techniek compressoren die werken met een zgn
Voor het principe maakt het geen verschil, wij gaan verder en beperken ons even tot de 'zuiger' compressor; Het gas uit de verdamper wordt door op en neergaande zuigerbewegingen aangezogen en samengeperst (Sterilisatoren). Anesthesie. Dit wordt mede mogelijk gemaakt door de open en dicht gaande zuig en persklep. Het binnenstromende gas heeft uiteraard een groter soortelijk volume dan het uitstromende gas
Voorbeeld: Een band oppompen met de fietspomp vereist een aantal pompbewegingen totdat de band de vereiste druk heeft. Na afloop voelt de onderzijde van de pomp warm aan omdat de energie bij het pompen in de samengeperste lucht is opgenomen. De hoeveelheid lucht (massa / volume) die naar de band wordt gepompt wordt bepaald door het aantal pompbewegingen – bovenste en onderste stand van de zuiger – en de doorsnede van de pompbuis.
Conclusie: Samenpersen van een gas is verkleinen van het volume (V) waarbij de druk (P) toeneemt en de soortelijke massa = dichtheid (Rho) groter wordt. radiologie gent. De gebruikte energie wordt omgezet in warmte en zorgt voor een temperatuurstijging (T). Het aantal zuigerbewegingen bij een compressor wordt bepaald door het volume van het aangezogen gas en de cilinderinhoud van de compressor
Zuigt de compressor gas aan met een druk van 1 bare en een temperatuur van -5°C (R 134a) dan heeft dit gas een specifiek volume. Boren. Door volumeverkleining zal de druk verhoogd kunnen worden. Dat de condensor medebepalend is voor de hoogte van de druk wist u al. Stel dat de condensatietemperatuur 40°C is dan moet de druk worden verhoogd tot 9 bare (R134a) Het persgas kan dan een temperatuur van 70- tot 80 °C bereikt hebben
De warmte in het zuiggas is de verdampingswarmte. Voor het aanzuigen en samenpersen gebruikt de compressor energie (compressoren atlas copco). Voordat de vereiste druk (condensatiedruk) is bereikt zal de zuiger diverse malen op en neer zijn gegaan. Deze energie, meestal geleverd door een elektromotor, wordt omgezet in warmte en is duidelijk voelbaar aanwezig in het samengeperste gas
Omdat het de bedoeling is dat het samengeperste gas in de condensor weer vloeibaar wordt zal de condensor deze warmte af moeten voeren. Afbeelding: Expansie ventielen zijn er in verschillende vormen. Het simpelste expansie ventiel is een dunne leiding welke overgaat in een dikkere leiding. Vroeger werd met een tang, tijdens het testen van een toestel, zelfs de leiding gewoon wat dichter geknepen om het toestel af te stellen.
Om van hoge druk over te gaan naar lage druk is dus meer ruite nodig (radiologie clinique basilique). Stel je voor dat 100 mensen snel door een gang moeten van 50 cm breed … en de gang gaat over naar een gang van 2 meter breed de 'druk' (verdringing) wordt dan 'n stuk lager
De lengte en de inwendige diameter worden bepaald door de verdampercapaciteit en het drukverschil tussen condensor en verdamper - chr namur radiologie téléphone. Zoals eerder is aangegeven zal de vloeistof uit de condensor in druk en temperatuur verlaagd moeten worden naar de verdampingsdruk en temperatuur. (afbeelding van A naar B) Als gevolg van deze drukverlaging zullen, na het passeren van het expansieorgaan, direct bij inspuiten in de verdamper een aantal dampbellen verschijnen
Hoe warmer de vloeistof, hoe meer dampvorming optreedt. Belangrijk is dus dat de vloeistoftemperatuur na het condensatieproces zoveel mogelijk laag gehouden wordt. De gevolgen van deze dampvorming zijn merkbaar in de verdamper omdat in een ongunstige situatie het mengsel uit ± 70% vloeistof en 30% damp kan bestaan. In de koeltechniek wordt deze 30% expansieverlies genoemd.
Koudemiddelen kunnen we onderverdelen in: Natuurlijke koudemiddelen Syntetische koudemiddelen Eerst even 'n inleiding: Het oudste bekende koudemiddel is ammoniak, NH3, met een kookpunt van -33°C, dat in het gebruik een aantal beperkingen kent (asz geraardsbergen radiologie). Het heeft een onaangename prikkelende geur, het is giftig, dus inademen van het gas kan de gezondheid ernstig schaden en zelfs, als de concentratie hoog genoeg is, de dood tot gevolg hebben
De aanwezigheid van chloor in de samenstelling is de oorzaak van de afbraak van deze OZON laag, de zogenaamde ODP factor. Om dit proces te stoppen hebben een aantal landen een verdrag gesloten, het MONTREAL protocol, waarin de producenten gevraagd werd te stoppen met de productie van OZON afbrekende stoffen.
Inmiddels zijn we ook in Nederland al geruime tijd bekend met het gebruik van deze nieuwe koudemiddelen. Nederland en het Montreal protocol In ons land is men in het begin van de jaren negentig gestart met de uitfasering van de CFK's - centre d'imagerie médicale et de radiologie. Het Ministerie van VROM heeft de wetgeving omtrent OZON afbrekende stoffen vertaald naar de Regeling Lekdichtheid Koelinstallaties, kort RLK
Deze stichting zorgde ervoor dat technici in de koeltechniek, middels een proeve van bekwaamheid, het CFK diploma konden halen. Roterende vijlen. Later werd dit het STEK diploma. De gediplomeerden kregen daardoor de bevoegdheid te werken aan installaties die met een CFK, HCFK of HFK gevuld zijn. Verdere studie en onderzoek brachten nieuwe feiten aan het licht
Zij dragen bij aan de opwarming van de aarde. Het zogenaamde broeikaseffect of GWP factor. Er werden nieuwe afspraken gemaakt voor dit probleem - ziekenhuis halle radiologie. Deze zijn samengevat in het KYOTO protocol. De Europese lidstaten hebben dit verder uitgebreid met de F-gassen verordening die op 1 januari 2010 van kracht is geworden
De bestaande RLK is aangepast en omvat alleen nog de bepalingen die van belang zijn voor de gebruiker. helora radiologie. Het ontwerpgedeelte is ondergebracht bij de Warenwet in het Besluit Drukapparatuur. De stichting bekend als STEK onderging een naamsverandering. Het is nu Stichting Emissiepreventie Koelinstallaties met dezelfde taken als voorheen met uitzondering van het uitreiken van het diploma
De benaming STEK diploma is veranderd in F-gassen diploma. De beschreven wet- en regelgeving heeft allemaal betrekking op het gebruik van HFK’s, CFK’s en HCFK’s, de zogenaamde synthetische koudemiddelen. Deze worden in de regelgeving gefluoreerde gassen genoemd. Ammoniak, maar bijvoorbeeld ook kooldioxide zijn koudemiddelen die behoren bij de natuurlijke koudemiddelen.
De eisen voor het werken met ammoniak zijn derhalve vastgelegd in de PGS 13 (Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen). Dit is een Nederlandse richtlijn. De Europese Unie heeft op 20 mei 2014 de nieuwe F-gassenverordening gepubliceerd in haar officiële blad - clinique saint-jean radiologie téléphone. De verordening die gepubliceerd is onder de noemer (EU) nr. 517/2014 is van toepassing per 1 januari 2015 in alle 28 lidstaten
Dit betekent dat HFK’s straks niet meer onbeperkt leverbaar zijn. Een reden om te zorgen dat u een installati e heeft die gebaseerd is op de toekomst. Alternatieven kunnen bijvoorbeeld Natuurlijke Koudemiddelen of HFO’s zijn. Om de terug-fasering extra kracht bij te zetten zijn er een aantal verboden in de verordening opgenomen voor het nieuw op de markt brengen (nieuwbouw) van apparaten en installaties.
Wel zijn producenten gebonden om voorgevulde apparaten/installaties te registreren en te voorzien van een conformiteitsverklaring - st michel radiologie. Ook worden de koudemiddelen die zijn voorgevuld opgenomen in het quotasysteem. Tevens mogen voorgevulde apparaten/installaties alleen nog maar worden verkocht aan gecertificeerde bedrijven of aan eindgebruikers die kunnen bewijzen dat de installatiewerkzaamheden wordenuitgevoerd door een gecertificeerd bedrijf
Deze is echter alleen van toepassing op ammoniak en geldt alleen voor Nederland. Er is momenteel (2016) nog geen relevante Europese wetgeving. Roterende vijlen. Voorbeelden van deze koudemiddelen zijn: Ammoniak (NH3) Propaan (C3H8) Iso – Butaan (C4H10) Kooldioxide (CO2) De chemische formules worden als volgt vertaald: C = koolstof; H = waterstof; N = stikstofelement (N2 = de vorm die wij inademen)
kunnen worden onderverdeeld in 3 categorieën:1. CFK's: Chloor – Fluor – Koolstof2. HCFK's:Waterstof – Chloor – Fluor – Koolstof3 - photos de centre de radiologie de fleurus sprl. HFK's: Waterstof – Fluor – Koolstof In de samenstelling van deze koudemiddelen is de aanwezigheid van het C-atoom een verwijzing naar de natuurlijke koudemiddelen methaan en ethaan als basis voor de ontwikkeling
De enkelvoudige koudemiddelen. Deze hebben (vergelijkbaar met water) een constante temperatuur tijdens verdampen en condenseren bij constante druk. Koudemiddelmengsels of blends(mengsel meerdere enkelvoudige koudemiddelen). Deze hebben een veranderende temperatuur tijdens verdampen en condenseren bij constante druk. De mengsels zijn weer onder te verdelen in: Azeotropische koudemiddelen, Semi-zeotropische koudemiddelen, Zeotropische koudemiddelen Enkelvoudige koudemiddelen Zoals reeds vermeld zijn dit koudemiddelen met een constante temperatuur en een constante druk tijdens verdampen encondenseren.
Dit noemt men de ASHRAEcodering. het 1e cijfer geeft het aantal koolstof (C) atomen in het molecuul minus 1, het wordt weggelaten als het nul is (één C-atoom); het 2e cijfer geeft het aantal waterstof Hatomen plus 1; het 3e cijfer geeft het aantal F-atomen - centre de radiologie echographie. Aan het nummer van sommige verbindingen ziet men soms een (kleine) letter a of b toegevoegd
Dat wil zeggen dat de atomen in verschillende configuraties in het molecuul aan de C-atomen kunnen worden verbonden (asynchrone structuren), waardoor ze een veranderde verdampingstemperatuur To hebben. Dit zijn altijd enkelvoudige koudemiddelen. Koudemiddelmengsels hebben, zoals reeds eerder aangegeven, een veranderende temperatuur tijdens verdampen en condenseren bij constante druk (Radiologie & beeldvorming). Voorbeelden van veel toegepaste koudemiddelen zijn: HCFK's: R 401A R 401B R 402A R 402B HFK's: R 404A R 407C R 410A R 422D R 507 Koudemiddelmengsels worden gevormd uit een combinatie van 2 of 3 enkelvoudige koudemiddelen
Dit heeft tot gevolg dat, uitgaande van één bepaalde druk, bij het verdampen en condenseren verandering van temperatuur waargenomen wordt. Afhankelijk van het type mengsel zal deze verandering klein, minder dan 5K, of groot, meer dan 5K, zijn. Er zijn ook mengsels die, ondanks hun samenstelling, geen temperatuurverandering ondergaan - scanner radiologie. Deze gedragen zich als enkelvoudige koudemiddelen
Hieronder zien we een figuur (hp log diagram / mollier) met hoe het temperatuurverloop is bij het verdampen. Koudemiddelen zijn onder te verdelen in 3 categorieën. De hierboven beschreven glide bepaalt welke categorie van toepassing is. De verdeling is als volgt: Zeotropen: mengsels met een "glide" groter dan 5K Semi – azeotropen: mengsels met een "glide" kleiner dan 5K Azeotropen: mengsels zonder "glide" Deze zijn herkenbaar aan het 1e cijfer.
Zoals eerder vermeld worden deze geregistreerd in volorde vanaanmelding. In de categorie met cijfer 4: R 401A eerst en dan R 402B en later R 410A. In de categorie met cijfer 5: R 507A eerst en dan R 508A (high pressure compressoren). Deze toevoeging betekent dat het aantal en type van de enkelvoudige koudemiddelen in een mengsel niet is veranderd, maar deprocentuele mengverhouding wel is gewijzigd
Verder komt men R134a tegen in huishoudkoelkasten, en de auto industrie. – Azeotropisch HFK-mengsel R-507 is een HFK koudemiddel dat toegepast kan worden in zowel nieuwe als bestaande commerciële koelinstallaties. En in de transport koeling sector. middelheim radiologie afspraak. R-507 is een blend en wijkt in samenstelling iets af van R-404A door de toevoeging van een klein percentage R-134a in R404A
Latest Posts
Radiologie Panoramique Dentaire Versailles
Radiologie Dentaire Paris Conventionné
Compresseur Cabinet Dentaire